Historie voor 1980
De eerste mobiele telefoon in Nederland
Met het populairder worden van de radio in de jaren dertig beginnen in Nederland ook de particuliere lokale radio uitzendingen. Afgezien van het illegale karakter (men moest ook toen al een zendvergunning hebben) waren deze apparaten niet altijd storingvrij voor de legale zenders en ontvangers. Om de illegale zenders op te sporen gebruikt de radiocontroledienst van het Staatsbedrijf der PTT auto’s uitgerust met een gevoelige ontvangers en meetapparatuur.
Twee of drie van deze peilauto’s rijden vanuit verschillende richtingen op de zender af waarna door onderling vergelijken van de luister- en meetresultaten de zender gelokaliseerd wordt. Het zal duidelijk zijn dat een goede communicatie tussen die auto’s uiterst belangrijk is. Die communicatie bestaat op dat moment uit telefonisch contact op afgesproken tijden, waarbij men vaak afhankelijk is van particuliere telefoonaansluitingen.
De eerste experimenten
Radiotelefonie, d.w.z. telefoneren via een radiozender en -ontvanger, is in de jaren dertig goed mogelijk. De apparatuur heeft echter forse afmetingen. In 1934 begint het radiolaboratorium van PTT te experimenteren met de bouw van een ‘kleine’, verplaatsbare zend-ontvanger. De eerste proeven worden genomen met een radioverbinding op de korte golf in het gebied van 60-70 Megahertz. De antenne die hierbij gebruikt moet worden is ‘ slechts’ 1 meter lang.
Na deze proefperiode legt men in 1937 aan een aantal Nederlandse bedrijven de vraag voor om een praktische zend-ontvanger te ontwerpen. Al deze apparatuur werd ruim 3 maanden te laat afgeleverd niet in de laatste plaats omdat de fabrikanten moeite hadden om aan de gestelde technische eisen te voldoen. Het onderzoek strekte zich uit tot een tweetal gebieden: een rit van ongeveer 30 km. rondom Den Haag en een rit door de nauwe straten van de binnenstad.
Bij het uitbreken van de oorlog op 10 mei 1940 zijn ca. 150 stuks verkocht aan politie, brandweer, geneeskundige diensten en elektriciteitsbedrijven. Op enkele stuks na worden alle installaties door de Duitsers geconfisqueerd.
En de winnaar is ….
Het ontwerp van de Nederlandse Seintoestellen Fabriek (NSF) te Hilversum blijkt het best te voldoen, waarna in het najaar van 1939, 200 stuks besteld worden. Deze mobilofoon, want zo heet de mobiele telefoon dan nog, is echter niet echt draagbaar en moet gemonteerd worden in de auto, bijvoorbeeld achter de stoel van de bijrijder. Om een gesprek te voeren met een andere mobilofoon of een abonnee van het vaste telefoonnet moet de hulp van een telefoniste ingeroepen worden.
Eén van de weinige na de oorlog teruggevonden exemplaren is bewaard gebleven in het Museum voor Communicatie.